Ik voel me gelukkig, ook al weet ik dat het misschien maar tijdelijk is. Misschien is het wel zo'n episode, zo'n tijdelijk manisch gevoel van intens geluk alsof het zo moet zijn. Ik weet dat alles ieder moment in kan storten en dat er dan weinig overblijft. Het voelt gewoon zo goed nu, IK voel me goed nu en ondanks dat er een hoop lijkt mis te gaan voel ik me content met hoe ik nu in het leven sta. Alles kan veranderen in een seconde maar dat hoeft niet het geval te zijn. Het kan ook gewoon even goed gaan.
Het moment is glashelder. Ik loop je woning in en alles is nog precies zoals ik het me herinner. Niets is veranderd aan de inrichting er missen alleen wat onderdelen. Het voelt als thuis komen al is het al lang niet meer een 'thuis'. Onderdelen die ik maanden geleden al heb opgehaald missen. Mijn spullen.
Ik vond mijn tandenborstel toen in de vuilnisbak en gevoelsmatig was alles toen voorbij. Je had niet alleen mijn tandenborstel weg gedaan, je had mij weg gedaan. Ik verzamelde m'n spullen in een boodschappentas en plofte neer op de bank. Dus dit was het dan. Alles waar we samen zo hard voor hadden gewerkt lag in de prullenbak naast mijn tandenborstel. Ik voelde me leeg, kapot, alleen, verder dan huilen kwam ik op dat moment niet. Ik dacht aan mijn rolmodel hoe zou zij hiermee om zijn gegaan? Een sterke vrouw met een mega groot hart die alles voor een ander zou doen maar zich niet gek zou laten maken. Ik probeerde in haar schoenen te staan, alle moed bij elkaar te rapen om mijn spullen te verzamelen en de deur achter me dicht te trekken. De sluitel verloren in een lege brievenbus. Ik twijfelde nog om een sok aan je deur te hangen 'you're a free elf now' zoals we vaak hadden gegrapt. Ik kon het niet, ik kon je niet loslaten en vrede hebben met deze keuze.
Maanden later kwam ik je woning weer binnen, mijn spullen waren weg maar vervangen door enveloppen. Enveloppen met onze namen erop. Enveloppen met kaarten voor ons samen. Kaarten die ik netjes achter had gelaten. Kaarten van mensen die ze aan jou wilden sturen en indirect ook naar mij als je aanhangsel van. Mensen die mogelijk dachten dat dit blijvend was, net zoals wij op dat moment. Niets wad minder waar. De meeste heb ik niet eens ontmoet en waarschijnlijk ga ik ze niet eens ontmoeten.
Het was confronterend om de leegte te zien van de plekken waar ooit mijn spullen stonden. Nu vervangen door enveloppen. Wie bewaard er überhaupt nog enveloppen en waarom zou je ze juist daar plaatsen? Kon je het misschien dan ook niet loslaten?
De kaartjes liggen op de vensterbank omlaag geklapt zodat je er niet aan het mee geconfronteerd zou worden. De bloemen zijn weg, behalve de neppe die ik je gaf met alle liefde die ik toen in me had.
Zijn ze ondertussen vervagen? Heeft je nieuwe liefde de plekjes ingenomen? Ik betwijfel het. Dat wat er tussen ons was was dierbaar, tastbaar en onuitwisbaar maar niet meer van nu. We zijn niet meer dan lege enveloppen verstopt tussen het oud papier of misschien wel in een doos. Ik hoop uit het zicht. Tijd om los te laten. Tijd om verder te gaan. Ik wens je het beste maar ik ga verder zonder jou.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten